Meestgestelde vragen

Plan van aanpak 'Structurele verlijming van gevels'

Het COBc-rapport stelt terechte kwaliteitsnormen, maar laat ook ruimte voor interpretatie. Dus is het voor leveranciers, bouwers en inspecteurs zaak om goed samen te werken. Als Technisch Manager bij Sto Isoned is Erik Groendijk iedere dag bezig met het Plan van Aanpak. Hij kent de materie als geen ander. 

EG (nog niet final)

Meestgestelde vragen

Erik, als Technisch Manager bij Sto krijg jij soms lastige vragen op je bureau. Wat is er momenteel aan de hand in de wereld van verlijmde gevels, en dan met name in de toepassing van steenstrips? 

Er is een Plan van Aanpak geschreven door het COBc. Hiermee is de verlijmde toepassing van bijvoorbeeld steenstrips onder een vergrootglas komen te liggen. Het is goed dat er eisen worden gesteld aan verlijmde gevels: we moeten samen werken aan een veilige en duurzaam gebouwde omgeving. Dat is een verantwoordelijkheid voor opdrachtgevers, leveranciers, bouwers en controlerende instanties.  

Dit rapport ligt op het bureau van de plantoetser bij de gemeente. Als opdrachtgever of architect zul je dus nauw moeten samenwerken met de gemeente en in gesprek moeten gaan om tot een vergunning te komen. Deze extra stap zorgt ervoor dat je verderop in het proces niet voor onverwachte verrassingen komt te staan. Ik heb al meerdere gesprekken begeleid en merk dat wanneer we dit in een vroeg stadium samen aanpakken, we tot bevredigend resultaat komen.

De moeilijkheid zit in de uniformiteit van de aanpak. Het rapport laat veel ruimte voor interpretatie van met name de risicoscore. Daar zitten verschillen tussen gemeenten. En daar komt nog bij: iedere situatie is anders dus iedere interpretatie ook. De variabelen waarop de risicoscore wordt gebaseerd zijn dus per situatie, per plek en per gemeente uniek en dat vraagt om een maatwerk-gesprek. Iedere keer opnieuw. Elk gesprek is anders, net als de uitkomst ervan.

Op basis waarvan wordt door de gemeente bepaald wat mag en wat niet mag? De plantoetser bij de gemeente toetst zijn of haar oordeel aan een risicoscore die wordt berekend aan de hand van drie variabelen: WS (waarschijnlijkheid), BS (blootstelling) en ES (ernst). De uitkomst is een getal waarmee aangegeven wordt wat de beheersaanpak voor de komende 50 jaar moet zijn. 

De ruimte in interpretatie waarover ik eerder al sprak, geldt vooral voor BS (blootstelling) en ES (ernst). Hier zijn geen uniforme uitgangspunten voor vastgesteld, waardoor het voor een plantoetser erg lastig kan zijn de juiste (risico)waarde toe te kennen. Zelfs met terugwerkende kracht kunnen vergunningen opnieuw bekeken worden en wordt de risicoscore soms opnieuw vastgesteld.

Die referentieperiode van 50 jaar lijkt lastig te zijn. Klopt dat? Dat is niet lastig. Feitelijk hebben we het voor nieuwbouw gewoon over de referentieperiode die al sinds jaar en dag in het Bouwbesluit staat. Als de 50 jarige duurzaamheid van de verlijmde gevelconstructie niet aangetoond kan worden, laat het Bouwbesluit ruimte om via een inspectieprotocol de gewenste kwaliteit continu te controleren. Het COBc-rapport heeft daar nu handvatten voor gegeven.

Je gaat dus afspreken hoe je de komende vijftig jaar de veiligheid van de verlijmde gevelconstructie gaat borgen. Je moet aannemelijk maken dat de verlijmde gevelconstructie geen gevaar oplevert voor de directe omgeving: er mogen natuurlijk geen steenstrips naar beneden vallen. Op basis van de drie variabelen (WS, BS en ES) komt er een risicoscore uit. Op basis daarvan is er wel of geen inspectie vereist. En wordt dus de inspectiefrequentie bepaald.

Je noemt zojuist een vallende steenstrip. Hoe gevaarlijk is dat?  Er zijn ontzettend veel factoren relevant voor de kwaliteit van een verlijmd gevelsysteem. En dat gaat verder dan alleen de keuze voor de materialisatie (zoals steenstrips) van de gevelbekleding.

De factoren die ik bedoel: zijn alle afzonderlijke componenten van het systeem gecertificeerd of niet? Is het systeem afkomstig van één leverancier? Koop je het direct van de partij die het produceert? Worden projectadviezen en technische detaillering correct opgevolgd? Is de verwerkende partij geschoold, getraind en gecertificeerd? Worden verwerkingsrichtlijnen op de juiste manier toegepast? Zo kan ik nog wel even doorgaan. Pas als aan ál deze voorwaarden wordt voldaan, is de kwaliteit van een gevelsysteem geborgd. En daarmee dus ook de gevelbekleding als onderdeel van het volledige gebouw.

Een productcertificering bewijst de betrouwbaarheid van een systeem. Mag je blind varen op een certificaat?  Niet alle testmethodieken zijn gebaseerd op 50 jaar levensduur. En ook de industrie heeft geen ervaring over zo’n lange periode. Onze oudste referentie is bijna 40 jaar en staat er prachtig bij, maar raakt dus nog niet die 50 jaar die gevraagd wordt. Een ETA (Europese Technische Beoordeling) bijvoorbeeld geeft maar 25 jaar referentieperiode zekerheid. Er zijn op dit moment geen beoordelingsrichtlijnen of andersoortige documenten die zo'n lange vijftig-jarige levensduur omvatten.

Je kunt jezelf verliezen in de Nederlandse regelgeving. Dus is er een whitepaper, waarin we alles hebben samengevat.

In welke situaties hanteer je de rekenmethode van Fine & Kinney*, en wanneer niet? Kun je per gebouwtype een methodiek kiezen? Het Plan van Aanpak van het COBc geeft richting in de grenswaarden voor het toepassingsgebied van verlijmde constructie (zie pagina 9 van deze whitepaper). In sommige gevallen kun je zonder inspectieprotocol of risicoanalyse verder. Maar let op: dit is sterk situatieafhankelijk. En in de meeste gevallen is het raadzaam om toch het gesprek met gemeente en leverancier aan te gaan.

* De methode Fine & Kinney, beschreven in NEN 2608, wordt gebruikt om het risico op letsel, veroorzaakt door een calamiteit te bepalen.

Hoe kan Sto mij hierin helpen? Van al onze systemen kunnen wij de gevraagde documenten overleggen waarin de veiligheid aangetoond wordt. Denk aan ETA’s, uitvoeringsbepalingen en KOMO-attesten. Op basis van die documenten en de aangeleverde projectdetails kunnen we voorstelberekeningen maken, die nodig zijn bij de aanvraag van de omgevingsvergunning. We zien het als onze gezamenlijke opdracht om opdrachtgevers en voorschrijvers zo goed mogelijk te begeleiden, al vanaf de allereerste schets. Gezamenlijk heb je invloed op de risicoberekening door je keuze voor afwerking en het noodzakelijke inspectieprotocol.

We gaan mee naar gemeentes en plantoetsers om al zo vroeg mogelijk in het proces aan tafel te zitten met de volledige keten. Alleen dan worden de juiste keuzes gemaakt en staan we niet voor verrassingen achteraf. Stuur mij gerust een e-mail met jouw vraag, dan help ik je graag. 

WP verlijming COBC

Aantoonbare kwaliteit van verlijmde gevelbekleding.

Hoe waarborg je de kwaliteit van structureel verlijmde gevelelementen? Het antwoord op die vraag is niet eenvoudig te formuleren. Het COBc (Centraal Overleg Bouwconstructies) stelde de richtlijn ‘Plan van aanpak controle Structurele verlijming van gevels’ op. In dit whitepaper is de toepassing ervan samengevat.

In 20 minuten ben je op de hoogte van huidige regelgeving en procedures.

Lees meer over...

NDDI_-7578
Plan van Aanpak

Controle Structurele verlijming van gevels

Het COBc (Centraal Overleg Bouwconstructies) stelde de richtlijn ‘Plan van aanpak controle Structurele verlijming van gevels’ op. Deze biedt de toetser houvast en bevat een rekenmethode die helpt bij de risicobeoordeling van verlijmde gevelelementen.

Ben je benieuwd naar het rapport? Het COBc rapport download je hier. 

Download rapport